De afgelopen dagen heb ik een deel van de Haagse discussie en commentaren in de media gevolgd. Met daarbij de vraag hoe radicaal het is wat ik hier aan vernieuwing hoor en lees.

Vanmorgen las ik in mijn ochtendkrant Trouw een opiniestuk van Erik Heijdelberg, bestuurder in de zorg en de jeugdbescherming. En naar aanleiding van wat hij schreef kreeg ik een nog duidelijker beeld van wat radicaal is. In de samenvatting boven dit artikel schrijft de krant:

Tussen overheid en burger komt het niet meer goed zonder de verzorgingsstaat radicaal op de schop te nemen, schrijft Erik Heijdelberg. Maak gebruik van onze sterke traditie van coöperaties en burgerbestuur. (Trouw 15 mei)

In het artikel gaat Heijdelberg in op allerlei concrete voorbeelden van wat je ‘actief burgerschap’ zou kunnen noemen. Omdat het artikel rijk is aan voorbeelden neem ik een lang citaat over. Die spreekt volgens mij voor zichzelf. Daarna kan ik in één keer de radicaliteit benoemen. Omdat hij de inmiddels veelbesproken voorstellen voor een betere bestuurscultuur (eerder informatie, meer transparantie, breder overleg) ook zelf niet radicaal genoeg vindt, noemt Heijdelberg zaken die al gaande zijn in de samenleving.

Om dat vertrouwen terug te winnen zullen er tussen overheid en burger praktijken moeten ontstaan, waarvan de burger zich mede-eigenaar voelt. De aanzet tot zulke praktijken zie je al in de vele honderden sociale ondernemingen, zorgcoöperaties, onderlinge waarborg, burgerondernemingen en dienstencoöperaties die ons land kent. ‘Broodfondsen’ zorgen voor inkomensbescherming van zzp’ers, ‘De Herbergier’ en de Thomashuizen zijn sociale ondernemingen voor zorg onder regie van ouders en familie, Buurtgezinnen.com helpt bij opvoedingsproblemen en contact met de jeugdzorg, Coöperatie de Stadmakers stimuleert wooncoöperaties nieuwe stijl.

Zo zijn er talloze voorbeelden die uitgaan van gedeelde waarden en behoeften van burgers die niet worden gedomineerd door overmatige controle, de belangen van commerciële marktpartijen en een wantrouwige overheid. Deze nu nog marginale praktijken kunnen inspirerend zijn bij een radicale vernieuwing van de verzorgingsstaat waarin het vertrouwen hersteld kan worden. (Trouw 15 mei)

Het radicale nieuwe zit denk ik in het mensbeeld dat hierachter zit. Mensen als samenwerkende initiatiefnemers, als coöperatieve eigenaren van hun leefwereld, als leiders in dialoog voor hun eigen maatschappij. Het woord ‘burger’ betekent oorspronkelijk bewoner, inwoner van de stad (de burcht). En de ziel van het burgerschap is er ten diepste op gericht om prettig en zinvol met anderen samen te kunnen wonen in de stad (de woonplaats). Het zou radicaal zijn als je zó naar mensen kunt kijken en op grond hiervan besluiten wilt nemen.  

0
Je reactie op deze blog is van harte welkom.x

Pin It on Pinterest

Shares
Share This